Over het convenant
De productie van zonnepanelen en windmolens kan negatieve gevolgen hebben voor mens, milieu en biodiversiteit. Zo kunnen bedrijven te maken krijgen met problemen als ontbossing en het verlies van natuurlijke leefgebieden van dieren. Ook mensenrechtenschendingen, zoals dwang- en kinderarbeid, gebrek aan vakbondsvrijheid, onveilige werkomstandigheden en uitbuiting van de rechten van lokale gemeenschappen, kunnen voorkomen in de productieketens van zonne- en windenergie. De ketens zijn complex en missen transparantie, waardoor problemen niet door een individueel bedrijf kunnen worden aangepakt.
Door zich te committeren aan standaarden voor internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen, kunnen zonne- en windenergiebedrijven, ontwikkelaars en fabrikanten van windturbines, zonnepanelen en componenten daarvan de daadwerkelijke of mogelijke negatieve impact van hun activiteiten en toeleveringsketens op mens en milieu beperken.
Op 6 maart 2023 werd het IMVO-convenant voor de Hernieuwbare Energiesector ondertekend. Een brede coalitie bestaande uit zonne- en windenergiebedrijven, brancheorganisaties, de Nederlandse overheid, kennisinstituten, ngo’s en vakbonden heeft zich aangesloten. De Sociaal-Economische Raad (SER) faciliteert het convenant en vormt het onafhankelijke secretariaat. Het convenant is bedoeld om wind- en zonne-energiebedrijven te helpen hun mensenrechten- en milieu-due diligence praktijken te verbeteren.
Internationale richtlijnen
De belangrijkste internationale richtlijnen voor verantwoord ondernemen zijn de in 2011 ontwikkelde VN Principes voor Bedrijven en Mensenrechten uit 2011 en de Richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO-richtlijnen, geüpdatet in 2023). Deze richtlijnen vormen de uitgangspunten van de overeenkomst.
Veel Europese landen, zoals Frankrijk, Duitsland en Zwitserland hebben al wetten aangenomen om deze internationale standaarden te implementeren. In de Europese Unie is 25 juli 2024 de Corporate Due Diligence Directive (CSDDD) in werking getreden. Nederland is gestart met de implementatie van deze wet en heeft twee jaar de tijd om de CSDDD om te zetten in nationale wetgeving, die vervolgens een jaar daarna van toepassing zal worden op de eerste groep bedrijven. Deze wet zal bedrijven in de Europese Unie verplichten om internationaal maatschappelijk verantwoord zaken te doen.
Wat zal dit convenant opleveren?
Door middel van het beoogde convenant committeren bedrijven zich aan de verplichting om de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen en de Principes voor Bedrijven en Mensenrechten van de Verenigde Naties te implementeren in hun eigen activiteiten en in hun toeleveringsketens. De andere deelnemers aan het convenant committeren zich aan specifieke acties om de uitvoering van due diligence door bedrijven te stimuleren en te ondersteunen.
Gezamenlijk hebben alle deelnemers aan het proces tot doel de risico's en effecten voor mens en milieu in de activiteiten en toeleveringsketens van de sector hernieuwbare energie te verkennen, te identificeren en aan te pakken. Deelnemende bedrijven hebben zich gecommitteerd aan het uitvoeren van op risico’s gebaseerde due diligence zoals voorgeschreven door de OESO Due Diligence Handreiking voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Hiervoor hebben de partijen samen een Due Diligence Beoordelingskader voor de Hernieuwbare Energiesector (Engels) ontwikkeld. Een jaarlijkse beoordeling geeft deelnemende drijven een gerichte focus op de gebieden waarvoor ze aan andere bedrijven of belanghebbenden binnen het convenant kennis kunnen vragen of juist kunnen delen. Die samenwerking met meerdere belanghebbenden binnen het convenant biedt ondersteuning door van elkaar te leren en maakt oplossingen mogelijk voor problemen die bedrijven niet volledig alleen kunnen oplossen.